Logo

 

Inleiding

 

Stellingen

 

Mee-re(a)geren



Europese Unie

Stellingnummer EU 1

Voor grote, belangrijke beslissingen zoals het toelaten van nieuwe leden, moet eerst een Europees referendum worden gehouden, maar dan wel op een andere manier dan bij de Europese Grondwet.

 

Toelichting:

Toelating van nieuwe leden zoals bij Turkije stuit op tegenstand. Veel Europese burgers hebben bedenkingen, maar worden niet gehoord. Voorstanders zijn veelal de politici, die vinden groot is goed. Of als wij ze niet toelaten neemt Rusland ze weer onder de arm.
Maar het toelaten kan ook te snel gaan. Referenda over zulke belangrijke zaken is een uitkomst. Dan weet Brussel tenminste waar het aan toe is. Maak het referendumsysteem wel uniform voor alle EU landen en behandel slechts één onderwerp.
De fout bij het grondwetreferendum was dat er over de bundeling van een aantal goede en minder goede wijzigingen slechts één ja of nee mogelijk was. Met het 'nee' verdwenen dus ook de goede punten, waar de meerderheid het mee eens zou zijn geweest, in de prullenbak.

Reageren? Klik hier!


Stellingnummer EU 2

Brussel moet bekijken welke mogelijkheden er zijn om in de toekomst Rusland als lid of partner bij de Europese Unie te betrekken.

 

Toelichting:

Grondstoffen en wereldvrede zijn van groot belang. In beide gevallen speelt Rusland hierin een rol van betekenis. Vele jaren is onder leiding van Amerika, Rusland beschouwt als een economisch niet toegankelijk deel van de wereld.
Maar net als China hebben ook hier nieuwe leiders nieuwe wegen ingeslagen en omvormingen teweeg gebracht. Europees Rusland grenst aan het nieuwe Europa en als Turkije een overweging waard is, dan moet een toenadering naar Rusland zeker niet uitgesloten worden.

Reageren? Klik hier!


Stellingnummer EU 3

Het wordt de hoogste tijd dat onze Europese Unie wat minder zijn oren laat hangen naar de VS en zich méér realiseert dat een club van inmiddels 450 miljoen leden best zijn eigen broek kan ophouden.

 

Toelichting:

Europa en ook de rest van de wereld heeft gedurende en na de tweede wereldoorlog veel te danken aan Amerika en Canada. Klopt, maar de tijden veranderen en zoals dit ook bij concurrentie in het bedrijfsleven geldt; wil men vooruit dan is goed rondkijken en tijdig aanpassen de boodschap.
Amerika is technisch en financieel al lang niet meer wat het is geweest is. Al komen de meeste films, wapens, Google en Microsoft er vandaan, steeds meer andere landen komen ook met nieuwe interessante ontwikkelingen.

De EU dient zich dan ook voorzichtiger op te stellen, niet alleen bij de in- en export, maar ook bij de deelname aan vredesmissies. Kortom, zich breder oriënteren welke maatregelen in de toekomst het beste leiden tot een meer humane en evenwichtiger wereldeconomie.

Reageren? Klik hier!


Stellingnummer EU 4

Zolang Nederland binnen de Europese normen van het begrotingstekort blijft, moet de koopkracht gehandhaafd blijven.

Toelichting:

Koopkracht is van economisch levensbelang voor elk land, dus ook voor Nederland. Heeft het volk hieromtrent zekerheid dan blijft de euro rollen en blijft de economie stabiel. Als Prinsjesdag (de derde dinsdag in september) de peildatum wordt voor de bepaling van de koopkracht in het nieuwe jaar, moet dit gebaseerd zijn op de werkelijke cijfers van die dag.
Dus niet: Iedereen gaat er zoveel procent op vooruit als de olieprijs het volgend jaar zakt en de euro in waarde stijgt.
Ook moet de inflatie in het plaatje worden meegenomen.

Reageren? Klik hier!


Stellingnummer EU 5

Defensie moet meedenken over het idee te komen tot één Europese strijdmacht samengesteld uit de legereenheden van de afzonderlijke lidstaten.

 

Toelichting:

Er zijn weer nieuwe landen aangesloten bij de EU.

Eenheid, ook in de verdediging hiervan, zal in de toekomst belangrijker worden.
Nu al kan daar serieus over worden gedacht. De saamhorigheid wordt er door vergroot, gezamenlijke inkoop maakt het zeker goedkoper,
Een grotere slagvaardigheid en betere inzet bij calamiteiten zijn eveneens pluspunten.

Reageren? Klik hier!


Stellingnummer EU 6

Eurolanden moeten niet blindelings tot elke prijs worden gered.

 

Toelichting:

De Europese Centrale Bank (ECB) en het internationale “munten” fonds (IMF) goochelen op papier met absurde bedragen om een EU land in moeilijkheden te redden.
Ook bedoeld om banken niet in gevaar te brengen en de Europese munt te handhaven op de financiële wereldmarkt.

Voor alle duidelijkheid. Een bank is een uitleen- en beleggingsinstituut. Wanneer bij een crisis al het ingelegde geld wordt teruggevorderd gaat zonder steun een bank failliet. Want cash geld is er nauwelijks. Daar zijn wij als hypotheeknemers ook debet aan.  Om aan hun hoge verplichtingen te kunnen voldoen hebben banken veel geld in geblokkeerde beleggingen gestoken zoals aandelen en vastgoed.

Het lijkt erop dat nu complete landen dezelfde weg op gaan. Door kunstmatig het ene financiële gat met het andere te dichten en met elkaar goede afspraken over rente en aflossing te maken blijven we nog overeind.
Maar we zijn nu toe aan het verkopen van ons laatste tafelzilver.

Er zal een nieuw scenario moeten worden gevonden om onze kinderen en kleinkinderen van een vredige, financieel haalbare, toekomst te voorzien.

 

Om bij de EU te blijven:
Er zijn cultuurverschillen tussen de noordelijke en de zuidelijke lidstaten. Dit heeft ooit grote problemen gegeven bij de Verenigde Staten van Amerika. Met dit verschil; zij hadden daarna veel strakkere afspraken (lees wetgeving) met elkaar. Dit is precies wat de EU mist. Economisch verkeer gaat goed, maar met het nakomen van de financiële afspraken is het droevig gesteld. Dus voor de toekomst meer economisch samenwerken en minder financieel. Denemarken en Zweden kunnen ook zonder EU munt prima functioneren.

 

Mogelijke regels kunnen verder zijn:

  1. Een internationale accountantcommissie controleert en rapporteert periodiek de “boekhouding” (lees economische en financiële huishouding) van alle EU lidstaten.
    Elke lidstaat heeft een vertegenwoordiger in deze commissie.

  2. Omdat Europa het qua productieprijs zal verliezen van het Oosten moet de nadruk liggen op innovatie en kwaliteit. Dus vanaf de lagere schoolopleidingen minder pretpakketten en meer internationale maatschappij- en cultuurleer, techniek en talenkennis.

  3. Duidelijker aangeven dat een Europees product ook echt een product is gemaakt in een EU land met een betere EU kwaliteit. Dus meer onderscheid ten opzichte van producten van buiten Europa.

  4. Personeel dat via primaire of secundaire geldstromen door de overheid gefinancierd wordt mag maximaal 10% van de bevolking uitmaken. Terugbrengen door natuurlijk verloop of door privatisering.

  5. Arbeidsvoorwaarden overheidspersoneel en bedrijfspersoneel gelijktrekken.

  6. Pensioengerechtigde leeftijd 65 jaar.

  7. Salarissen alleen met maximaal de inflatiecorrectie verhogen.

  8. Werkweek 40 uur.

  9. Subsidie- en financieringsstromen vanuit Brussel jaarlijks met 10% verminderen gedurende 5 jaar.

  10. De bovengrens van het begrotingstekort, nu 3%, jaarlijks bijstellen naar een meer realistisch getal.

  11. Maak het investeringsklimaat aantrekkelijker zodat meer bedrijven van buiten Europa zich hier gaan vestigen.

  12. Een lidstaat die voldeed aan de toelatingsvoorwaarden hoort normaal gesproken later niet in de problemen te komen. Is dit wel het geval door bijvoorbeeld creatief boekhouden, onderproductie of puur wanbeleid, wat de commissie genoemd bij punt 1 had moeten voorkomen, krijgt het land gelegenheid om:

    1. maatregelen te nemen die gaan herleiden tot de situatie bij toetreding

    2. deze maatregelen door de regering wettelijk te laten vaststellen

    3. deze maatregelen in gang te zetten vóórdat er financiële steun komt

    4. een akkoord te ondertekenen met de overige EU landen dat, wanneer de genomen maatregelen binnen een tevoren afgesproken periode in de ogen van de financiële wereld niet tot het gewenste resultaat hebben geleid, dit land financieel (dus niet economisch) kan worden geschorst.
       

    Dit betekent wel dat banken met leningen aan dit land ook binnen dezelfde proefperiode moeten zorgen dat zij hun eigen positie zo veilig mogelijk hebben gesteld.

 

Reageren? Klik hier!


Stellingnummer EU 7

Als een land bij meerderheid zijn EU lidmaatschap wil opzeggen moet dit kunnen.

 

Toelichting:

Een klein aantal landen, economisch sterk, ondersteunt een groter aantal economisch zwakkere landen.

Dit in de ijdele hoop dat de laatsten zullen groeien naar het nivo van de eersten. Door zwak inconsequent beleid van Brussel met te weinig strak doorgevoerde regels/deadlines is inmiddels het omgekeerde het geval. Met als gevolg; economische en financiële malaise.

Daarom, mochten gezonde landen besluiten om zich te verenigen in bijvoorbeeld, een Noord Europese Alliantie, en van die positie uit met de juiste start de situatie in andere landen willen verbeteren, dan moet dat kunnen. Want een zwak land blijven steunen geeft een verkeerd signaal af naar andere lidstaten die dan dezelfde behandeling eisen, of erger, er naartoe werken.

Mogelijke gevolgen:

  • hogere inflatie

  • onvrede onder de bevolking

  • nivellering naar een lager peil

Geld doneren aan arme landen zodat de bevolking daar goederen kan blijven kopen gemaakt of geleverd door deze donorlanden kan slechts tot een bepaalde hoogte en voor een bepaalde tijd. Wijzigt dan gelijkertijd de mentaliteit niet in positieve zin dan schiet het zijn doel voorbij.

Reageren? Klik hier!


© 2006-2014 STAPB

Stichting Adviesgroep Politiek en Beleid